woensdag 26 juni 2013

De Streekkrant: interview met DE POPKONING


Rollebollen met latexlollen van Popkoning Jean Pierre Maeren

 ‘Ik heb Tobback uit de vuilbak gehaald’

Op televisie mag het dan wel stil zijn rondom Jean Pierre Maeren maar het gaat goed met de man die al jaar en dag gestalte geeft aan de enige echte ´Popkoning´. Een gesprek, tussen de soep en de patatten, met een ‘kind van de Brugse Puurte’ die zijn Gent nooit zou verloochenen.

 We gaan samen lunchen. “Kies maar uit wat je wil, ik trakteer. Geld speelt geen rol voor mij” zegt Jean Pierre. “Niet waar hoor. Opletten, want de belastingen lezen mee. Op de lijst van de rijkste Belgische artiesten sta ik ergens onderaan”. Onze nieuwsgierigheid is gewekt. Staan volgens Jean Pierre met zekerheid bovenaan: “De hond Samson, Clouseau, Helmut Lotti en Chris Van den Durpel. Geld is echter nooit mijn drijfveer geweest. Het leven is geen wedstrijd”. Als aperitief bestelt hij 2 cava’s. Men brengt 2 kopjes koffie. “Niet goed begrepen” zegt de dienster. “Mijnheer spreekt niet duidelijk” brengt ze aan ter verdediging. Voor iemand die van z’n stem moet leven een opmerking die kan tellen. Als het aperitief uiteindelijk wordt geserveerd gooit de popkoning het glas over tafel. Zijn entree blijft niet onopgemerkt maar niemand herkend hem echt. “Niet ikzelf maar de poppen en typetjes zijn bekend. Laat mij maar in de schaduw blijven van mijn creaturen, het BV-schap ligt me niet zo goed” verduidelijkt hij. “Van mezelf zal je bijna nooit foto’s zien verschijnen. Mijn familie hou ik bewust al helemaal uit de media”.

 “Ik had een relatie met Walter Capiau’

 Met een poppenkoffer vol bekende Vlamingen is hij altijd onderweg. Naar een publiek, dat geplaagd wordt door lachkrampen en gegarandeerd door de knieën moet tijdens zijn zaalshows. “Maar de weg naar omhoog was lastig” vertelt Jean Pierre. “De VRT vroeg me voor De Droomfabriek een pop te maken van Louis Tobback. Men betaalde er toen 60.000 Belgische franken voor. Na de uitzending gooide men gewoon die dure pop weg. Zonde dacht ik en heb Louis uit de vuilbak gehaald. Tobback was mijn 1e imitatie. Dat was het begin van mijn carrière als popkoning”. Vanaf toen ging het razend vlug. Het exclusiviteitcontract bij VTM werd getekend met de gouden stylo.

Felicitaties van Fabiola

Maeren bedacht voor het moppenprogramma HT&D de flink uit de kluiten gewassen kleuter Nico. Zijn creatie bleek een schot in de roos, de start van een blitse televisiecarrière. “Ik zat urenlang op m’n knieën naast Walter Capiau maar m’n hand stak wel in de pop hé” grapt Jean Pierre. “Wat er nadien ook is gebeurd, ik heb altijd een heel goede relatie met Walter gehad en nu nog steeds. Begrijp me niet verkeerd hé. Enkel vriendschappelijk. Jacky Lafon werd door die uitzendingen mijn hartsvriendin. En Jos Gheysen werd opgenomen in een rusthuis na beschuldigingen van seksueel misbruik. Te bed voor altijd”.
Jean Pierre, of liever de look-a-like pop van koning Albert, maakte cd’s, scoorde in hitparades, kreeg goud en platina. “Uit goed ingelichte bronnen weet ik dat de koning een fan is van mij. Fabiola feliciteerde mij persoonlijk na een optreden. ’t is geen zuurpruim vertelde iemand uit haar entourage”. Jean Pierre maakt alle poppen eigenhandig in latex. Een bezoek aan z’n atelier, op een geheime plek, is niet mogelijk. Dat is zijn walhalla “Bang voor bedrijfsspionage, ik heb geen concurrentie en dat wil ik zo houden”. Nog toekomstplannen? “Ik ben aan het afbouwen, wil in schoonheid eindigen. Een mop die niet marcheert vliegt er meteen uit, zelfs al heb ik er dagen aan gewerkt. Optreden in een café op bierbakken hoeft niet meer”. Is er nog een geheimpje dat je ons in primeur wil verklappen? “Ik ben verslaafd aan seks met opblaasbare latexpoppen”. Het wordt eventjes stil. “Grapje! ’t was maar om te lachen hé. Straks denkt men nog dat het waar is. Al treed ik heel graag op voor een bomvolle zaal met alleen maar echte vrouwen. Mannen liggen mij niet zo goed, madammen zijn veel plezanter".

Bekijk het leven positief

De Popkoning zorgt voor een mix van poppen, imitaties, humor en verrassingselementen; de moeilijkste vorm van entertainment. Zijn performances zijn geen cafépraat. Een leven vol lachsalvo’s maar niet vol glitter, glamour en charme. Bij Jean Pierre werd enkele jaren terug keelkanker vastgesteld. Overal de plezantste moeten zijn en ondertussen geconfronteerd worden met die vreselijke ziekte, het zal je maar overkomen. Maeren gaat deze periode niet uit de weg. “Er zat een tumor achter de tong met uitzaaiingen naar mijn oren. Toen ik dat hoorde ging het licht uit. Ik herpakte me vlug”. Door hierover te vertellen wil Jean Pierre een steun zijn voor anderen. Denk aan de schone herinneringen en maak er het beste van. Al klinkt dat eenvoudiger dan het in werkelijkheid is. Bekijk het positief. Met kanker was men vroeger een vogel voor de kat. Nu leef ik nog. Het klinkt raar maar ik was blij met die kanker, eindelijk tijd om na te denken. Ik rook en drink niet, nooit gedaan, maar ben in de overtuiging dat ik genetisch belast ben. Mijn vader is op z’n 59ste gestorven aan slokdarmkanker”. Ik merk in z’n stem enige emotionaliteit. Een traantje blijft net achterwege, Jean Pierre houdt zich kloek en beseft zelf niet dat z’n lichaamstaal boekdelen spreekt. “Het klinkt als een cliché maar tijdens een moeilijke periode leert men z’n echte vrienden kennen. Weet je, sommige collega’s stonden al te dansen op m’n graf. Klaar om mijn plaats op scene in te nemen”. Maar Jean Pierre blijft een optimist. Toen een verpleegster in het ziekenhuis zei dat hij humor in zich had antwoordde hij: “Bah nee meiske, ik heb een tumor in mij”. Tijdens de komende Gentse Feesten laat Maeren terug de popen dansen in de Groenzaal. “Een nog straffer programma dan de andere jaren” verzekerd hij ons. Bij het afscheid grapt Jean Pierre: “Ga we nu naar een parenclub?” De Popkoning is nooit klein te krijgen!
 
Pierke zonder tralala

Jean Pierre Maeren behaalde het diploma grafisch kunstenaar aan de Academie voor Schone Kunsten. Hij specialiseerde zich in scenografie en decor- en kostuumontwerp. Hij leerde de poppenspelstiel van vader Henri. “Vader speelde vanaf 1953 in zijn eigen poppentheatertje Magie op de Brugse Poort. Met telkens in de hoofdrol ons Pierke zonder tralala”. Maar Pierke werd plots dakloos. Voor het project Zuurstof voor de Brugse Poort werd het poppentheater en het geboortehuis van vader Henri gesloopt. Jean Pierre ging op de barricade staan. Zonder resultaat. Als troostprijs werd jaren later de brug aan de Groene Vallei genoemd naar zijn vader. Uiteindelijk vond de magische droomwereld aan draadjes een nieuw onderkomen in de bibliotheekzolder van de St. Pietersabdij. Jean Pierre werd terecht bekroond met de zilveren medaille voor nationale opvoeding en cultuur.

(FRVD)


Dit interview werd gepubliceerd in De Streekkrant editie Gent & rand, week 25/2013


 
 

De Streekkrant: interview met Siegfried Bracke


Siegfried Bracke niet gerust in de toekomst van Gent

 “Termont verkoopt lucht en zever in pakskes”

Siegfried Bracke deed in 2012 een gooi naar de burgemeesterssjerp maar kon uiteindelijk de hoofdprijs niet binnenhalen. Een harde noot om te kraken. Of niet? We gingen het hem zelf vragen.

Hij staat nationaal in de vuurlinie van zijn partij N-VA. De kogels fluiten hem dikwijls om de oren. Maar in Gent blijft hij als oppositieleider opmerkelijk rustig. Maar wat niet is kan nog komen. “Ik was de gedoodverfde  burgemeester. Maar we hadden alles op voorhand goed bekeken, ik kon niet verliezen. De N-VA had slechts 1 zitje dus al de rest was winst. We werden plots de grootste politieke formatie, groter dan Open VLD”. Bracke is duidelijk in vorm. “Er werden met mij minder fraaie spelletjes gespeeld. Ik was, zei men, niet van hier. Terwijl iedereen van overal hier zomaar wordt binnengelaten zonder problemen” zucht Siegfried. “De ijver was bijzonder groot om mij aan kant te schuiven. Weet je nog, de politie die mijn domicilie kwam vaststellen en hiervoor m’n onderbroeken moest tellen. ’t Werd bijna een klucht. Het is niet omdat bepaalde dingen die over mij geschreven worden waardeloos zijn dat ze mij emotioneel niet raken. Er blijft altijd wel iets hangen”.

 Virtueel failliet

 Het lijkt er niet op dat Bracke en Termont ooit goede vrienden zullen worden. “We gaan gewoon beschaafd met elkaar om. In zijn biografie schrijft de burgemeester dat hij alles kan verkopen. Heel juist, volledig mee akkoord. Vooral lucht en zever in pakskes verkoopt hij aan de mensen. Sorry, dat is niet mijn stijl, daar doe ik niet aan mee”. Wat gaat er dan fout in de politiek? “Het grootste probleem is cynisme waardoor politiek een slechte reputatie krijgt. Wie zijn principes verloochend gaat naar de hel. Ik zeg altijd mijn mening maar zal nooit iemand persoonlijk beledigen”. In Gent hebben we toch niet te klagen? “Allemaal schone schijn. We zullen binnenkort nogal verschieten. Gent heeft een ernstig financieel probleem dat men onder de mat wil vegen, het wordt altijd maar ontkent. De stad heeft teveel personeel. De pensioenlast wordt immens groot en hangt ons als het zwaard van Damocles boven het hoofd. Financiën moet een absolute prioriteit worden. Gent is virtueel failliet. De stadsvlucht gaat door. Er zijn teveel mensen in de stad zonder geld, die niets bijdragen. De integratie is grandioos mislukt. En men doet gezwind verder alsof de neus bloed, kijkt de andere richting uit. Het is net zoals met een alcoholist in de familie. Daar spreekt men ook met niemand over. Als men in de toekomst Groen zijn zin verder laat doordrukken geraken problemen nooit opgelost. De liberalen zijn helemaal niet nodig. Die zijn al blij dat ze mogen meespelen. Hoe of met wat maakt hun niets uit. Meedoen aan een meerderheid die niet nodig is getuigt van weinig zelfrespect. Neen, het ziet er niet rooskleurig uit voor Gent, ik hou m’n hart vast voor de toekomst”.

Het ‘strikje’ van Siegfried

Nog een goede raad voor iemand die een politieke carrière wil uitbouwen? “Echt gebeurd. Een politica verscheen overal kortgerokt. Iedereen loerde naar haar prachtige benen. Niemand luisterde nog naar wat ze vertelde”. Natuurlijk ook het proberen waard met een ferme decolleté. Siegrfried Bracke heeft nog het ene noch het andere. Hij gebruikt andere geheime wapens. Het gekende ‘strikje’ waarmee hij als VRT journalist furore maakte bleef ondertussen achterwege. ‘Het was een gimmick om beeldmatig herkenbaar te zijn. Neen, ik heb geen Di Rupo syndroom. Als politicus zal je van mij geen enkele foto vinden met m’n vlinderdasje”. Hij koestert het attribuut nog altijd, net zoals een goochelaar op rust zorg draagt voor z’n goocheldoos. Hij wil voor ons, weliswaar met z’n strikje op een niet gebruikelijke plaats, hoogst uitzonderlijk nog eens poseren.
 
De slimste van de klas
Men zou Bracke de absolutie zou geven zonder biechten. Als kind had Siegfried plannen in die richting. “Het Is misschien omdat ik afkomstig ben van Oostakker, het bedevaartoord weet je wel, maar ik wou dolgraag paus worden. Geen enkel rood is zo mooi als het kardinaalsrood. Vaticaanstad is een favoriete bestemming. Het theatrale van de kerk trekt me aan maar daarmee is ook alles gezegd. Mijn vrouw is gelovig. Met Pasen ging ik eens met haar mee naar de kerk. Begint die priester daar tijdens de preek toch wel uit z’n nek te kletsen over de opwarming van de aarde. Godverdomme, hij moet op zo’n dag hebben spreken over de liefde van mensen. Mijn grootvader zei: ‘manneke, het geloof is naar de kloten’. Ikzelf ben vrijwel zeker dat God niet bestaat”. De hemel of de hel, een tussenstop in het vagevuur? Bracke weet het niet en het interesseert hem ook niet. “Maar ik heb respect voor wie gelooft. Zo te zien aan al die kerken die leegstaan gaat het wel de verkeerde weg op met het geloof. Kerken zijn nochtans mooi, mortuariums verschrikkelijk lelijk. Religies zijn rituelen. Oud worden als atheïst lijkt me een geruststellende gedachte”. Siegfried maakt er geen geheim van lid te zijn van de loge. “De 21e eeuw is het tijdperk van transparantie. Waarom doen vrijmetselaars over hun lidmaatschap als logebroeder toch altijd zo geheimzinnig? Men zou alle ledenlijsten moeten publiceren, geen geheimdoenerij. Vrijmetselaars zijn ontstaan als tegenmacht voor de kerk. Dat ze nu veel invloed hebben in België is een fabeltje. Want ze zijn het intern niet eens, slecht georganiseerd om te complotteren en dus maatschappelijk onschuldig”. Uitspraken die hem niet in dank worden afgenomen. “Maakt me niets uit. Ik ben gewoon klop te krijgen. Dat was op school al zo. Omdat ik fysiek de kleinste was. Maar ik was wel de slimste”.
 
Omgaan met macht
“Op school heb ik van domme en ambetante lesgevers geleerd hoe je omgaat met mensen met macht waartegen je niets kan doen. Dat was een nuttige les. Kwam me later goed van pas”. Bracke werd verplicht het 7e studiejaar te volgen. “Waar je niets nieuws leerde, behalve zeden en gebruiken op het Sint-Lievenscollege, het gebed voor en na, misvieringen, de biecht. Wie van de buiten kwam kon niet zomaar van het 6e studiejaar naar de humaniora. Het was allicht een manier om de kassa langer te laten rinkelen maar niemand maakte zich daar druk over”. Uiteindelijk vond hij zijn draai in de politiek. “Helaas is de afstand tussen bestuur en bevolking veel te groot..Onze samenleving gaat kapot aan botsende meningen. Laat ons daar iets aan doen”. À propos, is Siegfried nu al of niet een echte Gentenaar? Natuurlijk. Als de Gentse Feesten niet bestonden moesten ze worden uitgevonden”.
 
(FRVD/Foto's FRVD)
 

Dit interview werd gepubliceerd in De Streekkrant, editie Gent & rand - week 26/2013
 
 
 
 
 

 
 
 

vrijdag 14 juni 2013

De Streekkrant: interview met ZAKI


‘Het is moeilijk om echte liefde uit te leggen’

‘In de literaire wereld eindigt iedereen bij De Slegte’

GENT Zaki is bij het grote publiek vooral bekend als voormalig vtm-gezicht en bij jongeren als de vader van Stephen en David Dewaele, die samen Soulwax vormen. Hoe zou het eigenlijk nog zijn met deze pionier in de radio- en televisiewereld die alle mediawatertjes heeft doorzwommen?

Het vuur brandt nog altijd even hard bij Jackie Dewaele (68), zeg maar Zaki. Hij ziet eruit als een jeune premier, denkt als een twintiger, leeft als een Bourgondiër, werd nooit volwassen en is nog altijd even verliefd op z’n Frieda zoals de 1e dag. “We gaven elkaar de 1e kus op de Korenlei. Ik was pas 16 jaar, gesloten en zwijgzaam. Frieda stond te wachten op de laatste tram naar huis toen ik onverwacht zei: ‘Ik ga met je trouwen’. Vijf jaar nadien hebben we dat gedaan. Zonder geld maar dat maakte niets uit. Er was romantiek. Het is moeilijk om echte liefde uit te leggen”. Zaki deed nooit rare sprongen, had niet aan elke vinger een lief, kwam nooit in de belangstelling met een gebroken hart of met een vechtscheiding breed in de voyeuristische pers uitgesmeerd. Hij had geluk in de liefde en op professioneel vlak ging het hem voor de wind. Alhoewel, er waren soms ook periodes dat het stil werd, dat de telefoon niet meer rinkelde. Dat was geen reden tot paniek. “Ik ben een koppig manneke met veel creativiteit. Ik overleef het wel dacht ik toen. Heel wat eendagsvliegen in de showwereld passeerden de revue en verdwenen vlug in alle stilte. Want succes is een verschrikkelijk beest. Ik ben nooit in die val gelopen. Met een tikkeltje ijdelheid en enige beroepsfierheid komt men ver, ook zonder carrièreplanning”.

‘Voor het gebruik van mijn naam moet men betalen’

“Geld is niet belangrijk, ik heb geen behoefte aan veel materieel bezit. Zo’n beetje leven zoals de hippies destijds spreekt me wel aan” vertelt hij. “Maar wanneer ik ergens wordt ingehuurd om mijn naam, dan moet daar voor betaald worden, nogal logisch” zegt de man van 12 stielen en nog meer successen. Z’n inventief ideeënfabriekje was door de jaren heen bijna onuitputtelijk. Hij mocht meeschrijven aan het concept voor VTM, was cafébaas, disk jockey op de radio of on the road, televisiepresentator, animator, acteur, producer, journalist, consultant en auteur. Hij schreef scenario’s voor de Gentse flikkenstrip maar ook enkele boeken. “Ik maak me als auteur geen illusies. In de literaire wereld eindigt iedereen bij De Slegte”.

 De politiek draait om macht

Hij moet niet nadenken op de vraag een quotatie te geven voor z’n eigen geluk: 99,50 %. “Ik ben een onschuldige toeschouwer in het dagelijkse leven. Tegenslagen bleven me bespaard. Toch liep ik af en toe met mijn kop tegen de muur, zoals iedereen. Heb het moeilijk met iemand die dingen belooft en het nadien niet doet. Ben bedrogen geweest, heb slagen gekregen. Dat gebeurt nu eenmaal. Toch is wraak mij onbekend. In mijn leven is geen plaats voor haat en nijd”. Zaki leeft graag en snel, geniet van het leven. Maar aan alles komt een einde, de tijd van komen en gaan. “Op m’n leeftijd begint het elke dag wel ergens te kraken. Allemaal verwaarloosbare kwaaltjes. Mijn geheugen heeft zich ondertussen onafhankelijk verklaard, heeft soms eventjes geen goesting om mee te doen. Angst om de dood is onnozel. We sterven allemaal. Er zijn maar 2 zekerheden in het leven: dood en belastingen. Fysiek aftakelen is mensonwaardig. Het ergste lijkt me dementie. Doe dan voor mij maar euthanasie”. Vooraf nog een fin de carrière als wit konijn in de politiek? “Alle parijen, behalve Vlaams Belang en NV-A, trokken aan m’n mouw. Niets voor mij. In de politiek verdwijnen immers na een tijdje alle idealen en gaat het enkel nog over macht”. Zaki mijmert. “Er is zoveel poëzie rondom ons maar we zien het dikwijls niet. Een leven moet bruisen, net als champagne”.
 
Geen Gentse Feesten voor toeristen
Enkele inwoners verenigden zich in een actiecomité tegen o.a. nachtelijk lawaai in de stad tijdens de Gentse Feesten. Zaki kan er niet mee lachen. “We zijn intolerant geworden, we willen geen feestjes meer. Niemand kan toch jaloers zijn omdat anderen zich amuseren. Men koopt ergens een chique huis en gaat daarna klagen omdat mensen plezier maken in de buurt van hun stulpje. Zo zijn de regels niet. Wie daar niet mee kan leven moet maar vertrekken”. In onze huidige samenleving kunnen mensen niets meer verdragen volgens Zaki. “Spelende kinderen die lawaai maken, een crèche in de buurt en men dient een klacht in wegens overlast. Verschrikkelijk, daar zijn geen woorden voor, ik heb daar geen begrip voor”. Zaki is toch wel een fan van de Gentse Feesten?. “Ja, maar niet helemaal van het huidige concept. Ik kan me best voorstellen dat bewoners geïrriteerd geraken. Afschaffen is een brug te ver. We moeten zorg dragen voor kwaliteit. Meer nog, terug naar de essentie van de beginjaren moet het streefdoel zijn voor de komende jaren. Een feest waar iedereen z’n ding moet kunnen doen en geldgewin niet prioritair mag zijn. De tijd van de Hollandse lol is voorbij. Geen Gentse feesten meer als toeristische attractie. De balans is nu totaal zoek”.
De zoetgevooisde stem gaat enkele octaven hoger. “Men moet dringend gaan samen zitten om het idee en de uitvoering te hertekenen. Dat de Graslei wordt ingenomen voor een Zuid Amerikaans muziekfestival, daar erger ik mij wreed aan. Dat heeft niets meer de maken met Gentse Feesten”. Een hele uitdaging volgens de nieuwe schepen van feestelijkheden Christophe Peeters die benadrukt daar volop mee bezig te zijn. Op termijn zal er zeker wel wat veranderen. Misschien heeft Walter De Buck gelijk: “Een Gentenaar is een chicaneur, moet altijd reclameren en als hij niet kan reclameren is hij het vergeten.”
 
SOULWAX
“De ontmoeting met Frida en de geboorte van onze 2 zonen zijn het beste wat me ooit is overkomen” verklaart Zaki aan iedereen die het horen wil. Die zonen werden groot tussen de platencollectie, muziekbiografieën en merchandisingmemorabilia van vader. Ze absorberen muziek als een spons. Nogal logisch dat Stephen en David in het muziekcircuit terecht kwamen. Soulwax maakte als Belgische electrohouse- en rockgroep vlug indruk en trekken de aandacht van platenfirma's. Behalve onder de naam Soulwax zijn er nummers uitgebracht onder de pseudoniemen Samantha Fu en Kawazaki. Daarnaast zijn David en Stephen als dj-duo actief onder de naam 2 Many DJ's en daarvoor als The Flying/Fucking Dewaele Brothers. “Vroeger konden mijn kinderen zeggen dat ze de zonen waren van Zaki. Nu moet ik zeggen de vader te zijn van Soulwax. Bij de familie Dewaele zijn we allemaal echte bofkonten”.
 
Frans Van Damme
 

Dit interview werd gepubliceerd in De Streekkrant editie Gent & Rand week 24/2013
 
 
 
 
 

woensdag 5 juni 2013

De Streekkrant: interview met Open VLD politica Fientje Moerman


 'Men probeerde mij politiek te vermoorden'

GENT Door sommigen in de armen gesloten en bejubeld, door anderen vergruisd en uitgespuwd. Een politieke loopbaan als een rollercoaster. Zag zich genoodzaakt ontslag te nemen in de Vlaamse regering maar kwam in alle stilte terug. Wil de echte politica Fientje Moerman dan nu opstaan voor tekst en uitleg!

Na haar plotse politieke comeback weigerde ze alle contact met de pers. “Ik heb er mijn buik van vol en heb zeker geen tijd voor interviews” was toen de enige commentaar. Tijden veranderen, scherpe kantjes vervagen, bladzijden worden omgeslagen. We zijn welkom bij Fientje Moerman. Om het ijs te breken doe ik Fientje de groeten van Ben, haar vroegere chauffeur. “Wie? Die naam zegt me helemaal niets, nooit van gehoord” was het antwoord. De brave man, die 4 jaar lang onderweg haar steun en toeverlaat was, is er het hart van in. Dat wordt op eieren lopen tijdens het gesprek. “Ik heb geen stoute mond maar heb wel geleerd die veel dicht te houden. Alvorens ik iets zeg draai ik nu 2 maal m’n tong om. Maar ik steek mijn kop nooit in het zand”. We zitten meteen op kruissnelheid. “Mannen zijn bang van bekwame vrouwen. Het zwakke geslacht, laat me niet lachen. Vrouwen studeren beter, behalen hogere diploma’s. Mocht competentie meetellen dan waren er veel meer vrouwen in topfuncties. Zeker weten, er waren handtastelijkheden van venten in de politiek. Gelukkig wordt dat vuil machogedrag van vroeger niet meer getolereerd. Maar een vrouw die er oud en lelijk gaat uitzien wordt de bol afgehakt in politieke middens. Mijn persoonlijk geluk is niet m’n werk, ik heb het lesje wel geleerd.? Vrienden en familie, dat is wat telt”. Fientje kan ook best overweg met wapens. “Niet overdrijven hé. Ik ben eerder sportschutter geworden uit noodzaak. Mijn oude moeder kwam plots te voorschijn met een oud wapen. Totaal vergeten, nog van vader en gevonden op zolder. Er was geen vergunning en de amnestieperiode om het in te leveren was al lang voorbij. Om mama uit de bak te houden heb ik dan maar schietlessen genomen en verder alles op mijn naam wettelijk in orde gebracht. Als hobby beviel het mij uitermate goed en ben het verder blijven doen”.

 De apocalypse is dichtbij

 Haar voorliefde voor de Amerikaanse staat Wyoming is groot. Stiekem droomt ze om er als een echte cowgirl aan de slag te kunnen gaan. “Ik heb daar zelfs een cursus stressvrij veehoeden gevolgd. Je weet maar nooit dat het nog eens van pas komt. De politiek is immers zo'n grillig bestaan. Wyoming is een dunbevolkte streek, het paradijs voor wolven, ratelslangen, beren, poema’s en herten. Hoe minder mensen ik zie, hoe liever. Het is veiliger bij wilde beesten dan bij mensen. Dieren doden alleen als ze honger hebben!”. Bezorgt om de toekomst? “Natuurlijk. De apocalypse is niet meer zo veraf. We zijn totaal verkeerd bezig op deze planeet. De overbevolking is een zwaar probleem. De mens is de grootste vijand van zichzelf. We weten het allemaal maar willen het precies niet zien. Dus we moeten er hier en nu het beste van maken. Niet allen voor onszelf maar ook voor de anderen. Want gedaan is gedaan, hierna komt niets meer”..

 ‘Italië, mijn grote liefde’

 Wat zijn de mooiste momenten uit het leven van Fientje? “Met ontzettend veel genoegen denk ik terug aan mijn periode als Gentse schepen voor onderwijs. Elk kind gelijke kansen geven, dat was toen de essentie van mijn beleid. Een lokaal mandaat is het mooiste wat bestaat. Lokale politiek heeft een directe impact op de leefwereld van mensen. Denken aan Italië maakt me euforisch. Spreek zelfs al een aardig mondje de taal. Italy, here I come! Vakantievilla gehuurd met als buur de Britse artiest Sting. Schone vent”. Haar ogen en haar mond glimlachen. Dat belooft.
 
Politieke moord
 
Fientje Moerman is in het dagdagelijkse leven Vlaams volksvertegenwoordiger voor Open VLD. In 2007, na haar ontslag in de Vlaamse regering als gevolg van een rapport wegens onregelmatigheden met studieopdrachten op haar kabinet, liet ze zich niet het gras van onder de voeten wegmaaien. Tal van partijgenoten gingen er toen van uit dat ze nooit meer op het politieke toneel zou verschijnen. Tot ieders verbazing, niet het minst bij haar eigen partij, keert ex-minister Moerman in 2008 via een achterdeurtje terug in het Vlaams Parlement. Schitterend getimed, feilloos gebracht. Wou ze misschien de partijtop ambeteren met haar terugkeer? Moerman neemt geen blad voor de mond.  “Alhoewel het ontslag mijn puur persoonlijke keuze was ben ik er 5 jaar ziek van geweest” vertelt ze. “De partijtop probeerde mij aan kant te zetten, mij politiek te vermoorden. Uiteindelijk heeft het mij sterker gemaakt. Er leek geen einde te komen aan die vuilschrijverij. In 2009 moest zo nodig de zoon van Karel de Gucht, mijn plaats innemen bij de lijstvorming. Niet moeilijk. Guy Verhofstadt en De Gucht zijn dikke vrienden, 2 handjes op 1 buik. Moerman moest worden geofferd. Hoe kunnen bepaalde figuren soms ontgoochelen”. Merken wij hier enige rancune? “Helemaal niet. Met al die mensen ben ik verplicht samen te werken. Ik geef ze een hand, een glimlach en denk ondertussen: val dood!”. Wat wil Fientje heel graag nog realiseren in de politiek? “Dat ouders nu eindelijk eens zelf kunnen bepalen welke familienaam hun kind bij de geboorte krijgt. Ofwel de naam van de vader ofwel van de moeder. Logisch toch. En dat onze koning in de toekomst enkel nog een protocollaire betekenis heeft. Er is nergens geen plaats meer voor erfelijke functies. Handjes schudden en lintjes knippen moeten volstaan. Al wil ik hiervoor geen revolutie ontketenen, laat dat duidelijk zijn”.
 
'Ik ben de enige in de familie die is mislopen'
 
Ma Moerman was apotheker op de Brugse poort. Pa was inspecteur-generaal bij het RIZIV. “Ik ben de enige die ben mislopen” lacht Fientje. Ze studeerde rechten en kwam uiteindelijk in de politiek terecht. Ze was 13 jaar toen darmkanker haar vader velde. Hij bleef doorwerken zolang het kon. Dat was zijn manier om met het naderende einde om te gaan. Een juiste aanpak? “Dat moet iedereen voor zichzelf uitmaken. Ik heb me de vraag al ettelijke keren gesteld: stel dat ik te horen krijg: ‘nog 6 maanden te leven. Wat doe ik dan? Doorwerken? Of genieten van wat rest? Ik denk dat je die beslissing pas neemt als het echt moet. Ik ben doodsbenauwd voor kanker. Al weet ik dat een snelle diagnose meestal leidt tot genezing. Daarom lieve mensen, laat je tijdig onderzoeken. Wees alert en ga trouw naar controlebezoeken zoals mammografie. De diagnose kanker is niet altijd het definitieve afscheid”.
 
Frans Van Damme
 
Dit interview werd gepubliceerd in De Streekkrant editie Gent & rand van week 23/2013
 
 
 
 
 
 
 
 
 
.