zondag 25 september 2016

Interview De Streekkrant: Dirk Brossé



‘Eenzaamheid kan je delen met anderen’

Dirk Brossé heeft de voorbije 30 jaar zowat alle nationale en internationale orkesten geleid, werkte samen met wereldsterren en stond in de meest gerenommeerde zalen. Hij moet zowat ’s werelds meest toegankelijke en gefêteerde componist zijn. Hij wil zijn begeesterende levenswandel graag met ons delen.



Brossé geeft het ridderlijk toe, hij was een moeilijk kind. “Ik wist wat ik wou, het moest altijd mijn goesting zijn. Laat een vogel vliegen en hij is gelukkig, dat was mijn filosofie. Met mathematisch verstand is het niet te verklaren maar ik heb een 6e zintuig. Een voorgevoel, een onderbewustzijn stuurt me in een bepaalde richting.”

Het buikgevoel van Dirk maakt deel uit van z’n leven maar is absoluut niet onfeilbaar. “Door mijn flinke dosis naïviteit ben ik al verschillende malen bedrogen. Blijf vooral geloven in jezelf. Jaloersheid, wat een vreselijk beest. Sommigen houden deuren gesloten uit schrik voor hun eigen positie. Niet vrienden zijn daarom niet mijn vijanden. Vriendschap is nooit voor eeuwig, mensen evolueren. We leven in een wereld geregeerd door macht en geld, het is nu niet anders dan vroeger.”

Woorden als carrièreoverzicht en muzikale ervaringen gebruikt Brossé liever niet. Hij gunt muziekliefhebbers een blik achter de schermen van zijn wereld. Wat niet wil zeggen dat ik mijn privacy te grabbel gooi. Ik laat wel toe dat mensen een beetje voyeur zijn, vooral wat betreft mijn denken over muziek. Door openhartig te praten over belevenissen en ervaringen vervagen soms de grenzen tussen privé en métier.” Dirk is een controlefreak, het is en blijft zijn story over hoe hij de wereld ziet en beleeft. “Tijd, ruimte, klank en mensen fascineren mij. Het is mijn doel tijdens elke voorstelling iedereen te verrassen, ik wil dingen maken waardoor mensen ontroerd worden. Kunst en muziek kunnen maar bestaan als er iemand naar luistert. Ik haat pauzes, dat breekt de magie van een voorstelling.”

Als pure globetrotter is Brossé altijd wereldwijd onderweg, uren van gezwoeg in zalen, gangen, opera’s, concertgebouwen en studio’s. Een eenzaam bestaan? “De verplaatsingen op zich voel ik niet aan als vervelend, het maakt deel uit van mijn werkdag. Reizen en ondertussen nadenken gaan perfect samen. Enkel de wachttijden en veiligheidscontroles zijn niet leuk. Van eenzaamheid heb ik geen last, nooit voel ik me echt alleen. Eenzaamheid kan je ook delen met anderen. Het geeft mij geestelijke rijkdom. De wereld is mijn thuis.” Dirk is altijd bereid nieuwe uitdagingen aan te gaan, ongekende wegen te bewandelen, nieuwe horizonten te ontdekken. Van zero to hero! “Succes kan je kopen, dat doen sommige artiesten van vandaag. Met als gevolg dat ze nogal vlug verdwijnen. Ik heb gekozen voor een lange, stabiele carrière van hard werken. Ik leef sober en gedisciplineerd maar voel me wel een echt luxekind. ”



Brossé heeft enkele merkwaardige trekjes. “Hoewel ik eigenlijk niets anders doe, schuw ik het om in grote groepen te zijn. Verder heb ik een goede pen, schrijf veel poëzie en essays maar heb geen ambitie om er mee naar buiten te komen. Verder ben ik een gepassioneerd verzamelaar van etnische muziekinstrumenten. Een slecht kantje? Ik ben een spaarder, op het randje van gierig zijn. Om 1 euro kan ik me druk maken. Een nieuwe auto kopen is puur geldverlies.”

Enkele jaren terug werd zijn stiefdochter Aurore vermoord teruggevonden in haar auto aan het Maaltebruggepark, na een nachtje stappen op de Gentse Feesten. Het nieuws kwam aan als een splinterbom, het raakte zoveel mensen. “De littekens blijven. Waar ze ook mag zijn, moge ze sterk en gelukkig zijn, en moge liefde en vrede bij haar zijn. Voor eens en altijd.” Liefde en verdriet, goed en kwaad liggen dicht bij elkaar. Dirk heeft de ambitie om oud te worden. “Liefst onsterfelijk wil ik zijn om wijsheid en kennis te vergaren en door te geven. Ik wil de wereld zien evolueren, buitenaards leven ontdekken. Een reis in de ruimte is geen science fictie, het staat op mijn verlanglijstje. Buitenaards leven bestaat!. Hier op aarde heb ik het allemaal gezien, men moet mij niets meer wijsmaken. Ik ben klaar om dood te gaan, niet alles is gezegd maar alles is begrepen. Ik heb nooit een echt familieleven gehad, ook geen kinderen. Sterven moet je alleen doen, kinderen zijn geen garantie voor een gelukkige oude dag.”

Tijdens het filmfestival in Scheveningen op 30 september a.s. maakt Dirk Brossé kans op een Gouden Kalf voor zijn soundtrack bij de film ‘Knielen op een bed violen’. Hij mag gerust zijn, de muziek van Dirk Brossé heeft nog nooit iemand ontgoocheld.

Frans Van Damme

Dit interview verscheen in De Streekkrant week 39/2016


maandag 19 september 2016

Interview De Streekkrant: Xander De Rycke


Standup-comedian Xander De Rycke houdt het voor bekeken.

‘Ik heb veel succes bij de mannen’

GENT Met een hoofd vol kronkels en kleurrijke referenties maakt Xander De Rycke (28) momenteel de podia onveilig met zijn nieuwe actuashow. Hierin wordt het Vlaamse tv- en medialandschap en BV's die zich het afgelopen jaar lieten opmerken onder de loep genomen Tijd voor een gesprek met de beste observatie-comedian van Vlaanderen.

Xander vertelt meteen een niet zo vlotte prater te zijn. Eigenaardig toch voor een comedian. “Meestal ben ik op feestjes en sociale gebeurtenissen een grote teleurstelling. Ik ben zeker niet de plezantste, niet thuis, niet op café.” De jeugdjaren van De Rycke, het was een periode om vlug te vergeten. “Als enig kind leefde ik niet echt in een productieve omgeving. Moeder was een werkloze kuisvrouw en alcoholist. Mijn vader heb ik nooit gekend. Niet verwonderlijk dat ik thuis weg wou. Op school waren mijn resultaten verschrikkelijk. Als tiener kreeg het drankprobleem mij ook te pakken. Deze periode is nu gelukkig voorbij. Ik drink maar wordt niet meer dronken. Drank en drugs, ik heb het niet nodig om grappig te zijn.”

De jeugddroom om striptekenaar te worden werd ingeruild voor een carrière als comedian. “In 2006 deed ik mijn eerste grote optreden, in de Gentse ICC, voor meer dan duizend man, tijdens de finale van een grootschalige wedstrijd. Ik won en kwam  thuis met een cheque van 500 euro en een bos bloemen.” Xander is niet enkel de hofnar van een generatie maar was ook lange tijd de jongste beroepscomedian in Belgenland. “De meeste mensen zijn grappig maar niet iedereen kan grappig zijn op een podium. Ik ben een doorzetter, niets ontsnapt aan mijn blik. Ik had destijds geen plan B, ’t was mensen entertainen of miserie. Vooraf ½ jaar try-outs en daarna er volop voor gaan. De mensen betalen dus het moet goed zijn.” Druk op de ketel heeft hij nodig evenals een strakke deadline. Want Xander is, naar eigen zeggen, dikwijls lui. Grappen bedenken, het is geen eenvoudige klus. “Het overlijden van Fabiola, daar mocht mee gelachen worden. Maar een grap over de dood van Luc De Vos was totaal ongepast. Waarom, wat is het verschil?”

Over de liefde heeft hij nooit te klagen gehad. “Ik hoef niets te verbergen. Mijn 1e lief op m’n 15e, zij was 13 jaar. Nadien kwam nog een ruime waaier van vrouwen voorbij. Hoe eigenaardig ook, het blijft voor mij een mysterie, maar bij homo’s heb ik bijzonder veel succes, ik heb precies meer aantrok van mannen dan van vrouwen. Altijd veel gays in de zaal die mij nadien staan op te wachten. Voor een handtekening hé, niets meer.”
Onder de titel ‘Xander De Rycke houdt het voor bekeken’ brengt hij een show over zijn geheime liefde: Het Vlaamse Medialandschap. “Een messcherp overzicht, zonder taboes, van het voorbije TV-, film-, en radiojaar in Vlaanderen. Wie dacht dat religie en politiek heilige huisjes waren heeft het goed fout. Je favoriete film, programma of BV, alles neem ik grondig op de korrel. Van sterke fictie to zwakke reality, van kaskrakers tot boxoffice-flops. Een goede raad voor de toeschouwers in de zaal: fasten your seatbelts. Geen interactie met het publiek, ik heb geen zin meer in een dialoog met zuurpruimen en ambetante mensen in de zaal.” Xander prijst zich gelukkig, is zijn publiek dankbaar, hij wil doorgaan tot de dood. Op een comedian staat immers geen uiterste houdbaarheidsdatum. “Urbanus en Jacques Vermeire zijn herbegonnen. Geert Hoste mag dan wel gestopt zijn, hij komt zeker terug. Gaston Berghmans had ook nog plannen voor een comeback maar fysiek was het niet meer mogelijk. Ikzelf sta liever op scène dan aan de band in een fabriek. Wie zijn tijd goed benut hoeft niet bang te zijn om dood te gaan. Als ik rondom mij kijk lijkt het wel of veel mensen geboren zijn met een midlife crisis.” Een ultieme wens? “Een eigen klein theaterzaaltje om te experimenteren, te prutsen, op te treden voor zo’n 60 man (mogen ook vrouwen zijn natuurlijk). Ik heb een hekel aan theaterdirecteurs die voornamelijk fan zijn van zichzelf, die de artiesten backstage komen lastigvallen, die het altijd beter weten, die neerkijken op gewoon vermaak en denken dat hun moeilijk repertoire zaligmakend zou zijn.”

Miserie in de wereld, oorlog, honger, foefelpolitici, terreurdreiging… heel dikwijls valt er weinig te lachen. Gelukkig hebben we nog de humor van Xander De Rycke, zowel in stijl als inhoudelijk, de meest gedreven en talentvolle stand-up comedian.

Frans Van Damme


Dit interview verscheen in De Streekkrant - week 38/2016

zondag 4 september 2016

Interview De Streekkrant: ARNE SIERENS


Theatermaker Arne Sierens

‘We hebben de eigenschappen van beesten’

GENT De spanning tussen Kunst met een hoofdletter en de volkscultuur spelen een belangrijke rol in het oeuvre van Arne Sierens. Met een tomeloze ambitie behoort hij tot één van de meest gespeelde auteurs in het Vlaamse amateurcircuit. Zijn theatervoorstellingen maken het publiek dikwijls groggy, grijpen naar de keel.  

Geboren op de Brugse Poort is de wijk voor Arne Sierens altijd zijn eiland van arbeiders en sociale woningen gebleven. “Ik groeide op in een verpauperde arbeiderswijk vol tegenstrijdigheden. Een plek waar geen goden wonen maar sukkelaars. Je ziet er geen tragedies maar melodrama’s. Een volksbuurt is fantastisch, dat heeft mij getekend. Ik pluk mijn verhalen van de straat, rechtstreeks geënt op het leven. Mijn schrijfsels zijn zeker geen koningsdrama’s. De Brugse Poort, daar zie je mensen in de meest kwetsbare vorm.” Op school heeft Arne niet veel geleerd, daar zat hij niet op zijn plaats. “Ik ben eigenlijk een vergaarbak van zoveel indrukken. De punkscene en de hele rebellerende subcultuur waren een belangrijke inspiratiebron voor latere teksten en ensceneringen. Laat mij gerust de vaandeldrager zijn, een rebel op de barricaden.” Hij lijkt onvermoeibaar, zorgt dat de theaterwereld geen koude en dode planeet wordt, hij barst van energie en zelfvertrouwen. Zijn geest en ideeën vliegen voortdurend over podiums. Sierens werd huisschrijver van de Blauwe Maandag Compagnie maar constateerde dat enkel schrijven hem eigenlijk niet interesseert. Hij keert terug naar het amateurtheater. “Ik wou altijd theater maken dat nog niet bestond. Niets dat braaf is, geen vertoning voor een publiek in rode pluche klapzeteltjes. Volkstheater wordt door sommigen nog steeds uitgespuwd omdat het geen kunst zou zijn. Ik neem het ze niet kwalijk, wie arm is van geest weet van niet beter.” Hij was medeoprichter van de theatergroep met de programmatische naam ‘De Sluipende Armoede’. “Het was altijd knokken om mijn ding te kunnen doen. Stoppen bij gebrek aan geld, meer bezig zijn met de boekhouding dan met het artistieke, spelen voor een kleine fooi, vechten om de financiële eindjes aan elkaar te knopen, ik weet wat het is. Wie geld heeft krijgt nog meer geld, het is niet eerlijk. Men moet investeren in dingen die niet noodzakelijk opbrengen maar die ons op een ander spoor zetten, mensen doen nadenken.” Elke theatervoorstelling van Sierens is een weergave van bonte taferelen, ruwe schetsen, uitvergrote beelden, bijzondere momenten en situaties, doorgesaust met een flinke portie emotie. Zijn onderwerpen zijn uit het leven gegrepen, het leven zoals het is, of net niet is. “Als theatermaker heb ik een persoonlijke en unieke stijl, weg van het traditionele theater, met sterke wortels in het alledaagse, het volkse en het epische. Ik heb een obsessie voor het anekdotische. Improvisatie van de spelers staat centraal in mijn methode van werken.” Choqueren, in de war brengen, herkenbare situaties deelbaar maken, het ligt Arne goed. Privatisering is volgens hem een slechte keuze. “Studio 100 mag er zijn maar kunst en cultuur zijn veel belangrijker. Wij zijn geniaal maar niet efficiënt als mens. We kunnen mirakels verrichten maar doen het te weinig. Er heerst verwarring op aarde, in onze hoofden en het leven. We gedragen ons netjes, houden ons voortdurend in en lopen braaf tussen de lijntjes. We hebben de eigenschappen van beesten: agressie, eten, drinken. Mensen hebben dikwijls een saai leven, angst, schrik voor de toekomst. Durf een stap te doen in het onbekende. Bij elke nieuwe productie schijt ik in m’n broek, vraag me af of het goed zou zijn. Het blijkt nadien fantastisch te zijn.” Arne is niet enkel theatermaker, hij schreef een opmerkelijk oeuvre bijeen. Zijn teksten werden vertaald, opgevoerd en gepubliceerd in verschillende talen. Alles kan, alles mag, weg met de taboes. “Ik ben dikwijls uitgegleden, op mijn smoel gegaan, ontgoocheld geweest. Het maakt me niet bitter. Sommigen krijgen alles, anderen niets! We leven nu eenmaal in een vuilbakmaatschappij. Tegenslag maakt deel uit van het leven, laat het niet aan je hart komen.”
Sierens leeft in overdrive, is beslist geen diplomaat, dat beseft hij maar al te goed. “Ik ben teveel op mezelf gericht, iedereen mag participeren maar uiteindelijk beslis ikzelf en niemand anders. De papierwinkel is degoutant, maak alles eenvoudiger. Mijn ultieme droom? Een Vlaamse opera, een familiedrama van 10 uur met een massa acteurs op scène. Een dure en onbetaalbare droom.”


Frans Van Damme

Het interview verscheen in De Streekkrant week 36/2016