zondag 31 juli 2016

Interview De Streekkrant: FRANK BEKE


Ere-burgemeester Frank Beke

‘Liever een klagende dan een zwijgende burger’

GENT Frank Beke (70) gaf gedurende zijn politieke carrière een extra dimensie aan Gent. Hoewel hij zichzelf niet meteen als een bekende Vlaming beschouwt wil hij toch, heel uitzonderlijk, op onze vraag voor een interview ingaan.

“Ik wil u er op wijzen dat ik al bijna tien jaar weiger publieke uitspraken te doen over de actuele politiek, zowel lokaal, als nationaal. Ik wil mij daar uitdrukkelijk aan houden.” Frank houdt van duidelijke afspraken vooraf, zoveel is zeker.

“De oorlog liet een emotionele indruk na op mijn moeder. We woonden in de Bloemekenswijk. Er werd daar meer en langer gevochten dan elders. Het heeft haar getekend voor het leven. Ze zag hoe Schotse soldaten in koelen bloede een bataljon Duitsers doodschoten, gewoon wegmaaiden zonder iemand krijgsgevangen te nemen. Hoe laf kan een mens zijn. Die Duitsers hadden vreselijke dingen gedaan maar het bleven wel mensen. De gruwel van de oorlog.” Het verhaal van Beke is het verhaal van Gent. Gilbert Temmerman leerde hem de stiel. “Temmerman was een klassieke socialist, wou altijd zijn mening verkondigen maar kon zich neerleggen bij het partijstandpunt. Solidariteit en partijdiscipline zijn goede eigenschappen van een militant. Ik heb van hem geleerd dat men naar realistische oplossingen moet zoeken, dat er in de politiek geen kleine problemen bestaan.” Bij de verkiezingen van 1994 werd Frank lijsttrekker en haalde een nipte overwinning met 136 stemmen. Naar eigen zeggen het mooiste moment in zijn leven. Zes jaar later mocht hij pronken met 20.000 voorkeurstemmen. “Eigenlijk heb ik nooit ambities gehad om in de politiek te gaan. Mijn buurman en kameraad Luc Van Den Bossche vroeg het me en ik zei gewoon ja.” Van 1995 tot 2006 was hij burgemeester van Gent. Sommigen vonden hem een stijven hark die steevast op café een plat of bij hoge uitzondering om een  bruisend watertje vroeg. “Ja, echt? Dat wist ik niet.” (bulderlach). Tijdens zo’n interview komt een mens nog eens iets te weten. Eigenlijk is het niet juist, ik lust een pintje, af en toe. Mij vergelijken met Termont is onmogelijk, ik heb meer het profiel van Tom Balthazar, het bedachtzame type.” Elke Gentenaar kan zich het beeld van Frank voor de geest halen als eenzame fietser, onderweg in de stad. Zijn hoofd ontspannen leegrijden, ondertussen zijn geest ordenen. Hij was de man die het voorbeeld gaf wat fietsen in en om een stad betreft. “In het bestuursakkoord was opgenomen om een groot deel van de binnenstad autovrij te maken In 1997 werd de autovrije zone ingevoerd, het uitzicht van de stad veranderde totaal, de beleving werd anders. Een ingrijpende verandering. De overgang gebeurde vlot maar ook toen was er venijnig protest. We kregen zelfs een kogel in de brievenbus. Ik heb enkele dagen met een kogelvrije vest en politiebewaking rondgelopen.”

Misschien wil Frank nog wat goede raad meegeven aan de jonge generatie politici? “Geef mensen meezeggenschap, inspraak alleen is niet voldoende. Je kan slechts kracht uitoefenen als dat eensgezind gedragen wordt. Liever een klagende burger dan een zwijgende burger. Maak structuren waarbij de burgers hun vragen kunnen kwijtraken. Maak geen grote sier in het college als je soberheid vraagt aan de mensen.” Beke is lid van de partij sinds zijn 18e. Was hij ooit, in een zwak moment, de partij ontrouw? “Ja, ik heb eens mijn stem voor de senaat gegeven aan iemand op de lijst van de Communistische Partij. Dat zou ik nooit meer doen.”

Het burgemeesterschap is een slopende job. Zijn gezondheidstoestand  was een van de redenen om geen derde mandaat meer te ambiëren. “Het verschil tussen 50 en 60 jaar is enorm groot. Niets om zich zorgen over te maken maar de gezondheid is niet meer wat het ooit is geweest. Oud worden is de enige manier om lang te leven.” Gent is een stad van en voor mensen. Een stad met magische  plekken, alledaagse besognes en een verzonken verleden. Kortom een plaats om gelukkig te zijn. “Geluk is tevreden zijn met wat je hebt. Mijn vrouw, kinderen en kleinkinderen zijn gezond, we kunnen ons veel permitteren, hebben een schoon inkomen, we kunnen doen wat we willen. Al onze wensen zijn vervuld.” Frank wordt bij de gedachte aan zoveel geluk sentimenteel. “Ja, ik ben een romanticus, een tsiepmuile. Mijn vrouw was altijd mijn steun en toeverlaat. Echte, langdurige liefde bestaat.” De koffers zijn gepakt, het koppel vertrekt enkele uren later op reis. Dat belooft veel goeds, zijn ogen spreken boekdelen, ze hebben daar waarschijnlijk een afspraak met Cupido.

Frans Van Damme

Dit interview verscheen in De Streekkrant week 31/2016


zondag 10 juli 2016

Interview De Streekkrant: Koen Crucke


‘Ik ben op de wereld gezet om te zingen’

GENT Koen Crucke (64) mag zich verheugen op een feestelijk 2016. Hij staat exact  50 jaar onafgebroken in het vak. Een verhaal van geduld, volharding, enthousiasme en talent. Van coiffeur tot charmeur, misschien wel een goede titel voor zijn biografie.

Toen Koen 2 jaar oud was gebeurde er iets ernstig in het gezin, een voorval dat hem jaren heeft achtervolgd. “Op een dag zag ik hoe mijn zus, met hoge koorts, in allerijl met een ambulance werd afgevoerd. Ik hield er een zwaar trauma aan over en kreeg een zenuwinzinking, ben tot mijn 7e hiervoor in behandeling geweest. Mijn moeder en vader zeiden: jouw genezing heeft ons 2 huizen gekost. Kleren en speelgoed kwamen van de buren. Geld was er nooit maar eten altijd. Van slagroom werd ik rustig, echt waar. Camions crème fraîche heb ik naar binnen geslokt.”  Koen moest van pa bij de zeescouts aansluiten, daar zou hij een echte man worden dacht men. Foute inschatting, hij had meer interesse voor de herenliefde bleek al vrij vlug. “Op mijn twaalfde werd het me reeds duidelijk dat ik homo was. Met een vrouw deed ik ook wel eens een nummertje, met alles erop en eraan. Ik weet dus wat het is, heb ervan genoten maar het kon me toch niet echt bekoren. Elk z’n goesting hé. Margriet Herman wou een kind van mij, ze vroeg of ik donor wou zijn en sperma afstaan. Ik heb beleeft geweigerd, er zijn grenzen aan vrienden een plezierke doen. Al zou het waarschijnlijk een heel schoon kind zijn geweest (bulderlach).”

Crucke wou zingen, artiest worden. Ma en pa dachten daar anders over. Geen armoedezaaier in de familie! Hij werd kapper onder zachte dwang van thuis. Toen hij auditie mocht doen bij de Gentse opera was de euforie groot. “In de jaren ’70 betaalde de opera mij een loon van 10.000 bfr (2500 euro) per maand. Veel geld in die tijd. Voor mijn ouders was het goed, ik was tenminste van de straat.” De opera ging failliet, Crucke stond op straat. Het is zijn redding geweest. Tijd om initiatief te nemen en een eigen carrière op te bouwen. Hij werd binnengehaald door de BRT, radio en televisie boden mooie kansen en interessante projecten. Zijn gulle lach werd wereldberoemd in Vlaanderen. Koen huwde met echtgenoot Jan Gheysens, ze zijn voor elkaar het zonnetje in huis. “Al beweren sommige boekskes dat ik ontrouw ben. Niet waar! Reeds 46 jaar brengt Jan elke morgen mijn ontbijt op bed. Wij investeren iedere dag in onze relatie. Jan is mijn steun en toeverlaat, elke ogenblik met hem is een geschenk. Het klinkt als een cliché, maar laat ons maar samen dood gaan.”

Jarenlang voerde hij een strijd tegen overgewicht. Van 129 kg. in de jaren ’90 naar 70 kg. nu. Koen weet wat diëten betekent. “Vroeger vertelde ik dat een goede stem in het vet moet liggen. Onzin natuurlijk, het was prietpraat om mezelf courage te geven. Het kon niet blijven duren, een hartinfarct kwam angstvallig dichtbij. Nu ontbijt ik als een keizer, lunch als een burger en dineer als een bedelaar. Totaal geen alcohol meer.” We besluiten dat Koen zich een gelukkige man mag noemen. Of niet soms? “Als men vraagt ‘ben je gelukkig’ is mijn antwoord ‘ik ben wreed content’. Kijk maar om je heen, geluk is dikwijls als zand in de handen, hoe harder men knijpt hoe meer het wegglipt tussen de vingers. Voor mijn begrafenis staat voldoende geld opzij. Een feest moet het worden, een vaarwel langs de grote poort, een triomftocht met veel applaus, champagne, een massa volk en liedjes van Piaf. Non, Je Ne Regrette Rien!” Zowat 25 jaar door het leven gaan als Alberto, samen met Samson & Gert, laat sporen na. Crucke heeft hierdoor televisiegeschiedenis geschreven maar was bij het grote publiek als zanger bijna vergeten. Hij wil in de 1e plaats terug naar z’n roots. “Ik ben op de wereld gezet om te zingen, het is mijn lust en mijn leven. Zingen is een weergave van alle menselijke emoties, verdriet, pijn, woede, troost, liefde en genot.” Koen heeft zich nog nooit zo goed gevoeld als nu. Hij lijkt wel herboren, tijd voor een extra schwung aan zijn carrière. De nieuwe single cd ‘Nooit echt zomer zonder jou’ en een gereleasde verzamel cd ‘Gouden Liedjes’ zijn het verrassende resultaat. Zijn tour-de-chant ‘Brasserie ‘t Vervolg’, samen met Margriet Hermans, werd gerestyled. “Ik voel mij in topvorm, vol energie zoals een Duracellkonijn.”

Brasserie Nostalgie ‘t Vervolg, NH Hotel Gent Belfort, Hoogpoort 63 Gent van 16 t/m24 juli 2016. Info & reservaties: 09 395 91 91 (11-17 u.30) of www.koencrucke.be

Frans Van Damme





Dit interview verscheen in De Streekkrant week 28/2016







zondag 3 juli 2016

Interview De Streekkrant: Popkoning Jean-Pierre Maeren


POPKONING Jean-Pierre Maeren

‘Hoogste tijd dat ik uit de kast kom’

GENT Er zijn eigenlijk maar twee soorten mensen op deze wereld: sympathisanten van Jean-Pierre Maeren en fans van de Popkoning. Of een combinatie van beiden. Een man, een microfoon, enkele poppen en veel grappen, hij heeft een eigen stijl. Zijn radde tong functioneert zoals nooit tevoren.

“Als kind van de Brugse Poorte zou ik Gent nooit verloochenen” schiet Maeren uit de startblokken. “Mijn vader Henri was goedlachs, schalks, een beetje rebels, zonder kapsones. Een echte Gentenaar dus. Al van in zijn prille jeugd was pa verzot op puppespel. Hij speelde Pierke in 5 verschillende poppentheaters. Vader legde de fundamenten van iets waar ik nu mijn boterham mee verdien. Ik wil mij amuseren in 't leven, ik wil vooruit, ik laat gewoon alles op me afkomen.” Maeren heeft een adoratie voor wijlen Romain Deconinck. “Romain, de man die de Minard groot maakte. Voor zoveel talent buig ik nederig het hoofd. Hij verdient een ereplaats in de bonte, internationale, historische galerij van het volkstheater. Hij kreeg veel te weinig en veel te laat erkenning. In andere landen worden soortgelijke fenomenen bijzonder ernstig genomen, bestudeerd en geanalyseerd op academisch niveau. En Yvonne Delcourt, is een schatje. Chapeau voor alles wat ze samen met Romain heeft verwezenlijkt.”

Realiteit en fictie, het loopt naadloos door elkaar in een gesprek met de Popkoning. “Als jonge gast was ik verslaafd aan seks met latexpoppen. Grapje, ’t Is maar om te lachen hé. Straks denkt men nog dat het waar is.” De humor van Jean Pierre heeft dikwijls, ook op scène, een dubbele bodem. “Mijn grappen en grollen zijn in feite universeel, soms op het scherp van de snede. Humor is het beste medicijn. Mijn poppen en de typetjes doen straffe uitspraken, meer dan ikzelf ooit zou durven. In de huid van een pop kan je zoveel meer kwijt, 80% van mijn grappen zou compleet de mist ingaan als ik ze in eigen persoon op het publiek zou loslaten. Een mop die niet marcheert vliegt er meteen uit, zelfs al heb ik er dagen aan geschreven. Laat mij maar in de schaduw blijven van mijn creaturen, bekende Vlaming zijn ligt me niet zo goed. Mijn familie hou ik bewust uit de media.”  Maeren heeft een onbekend en verborgen talent, hij is colakenner. “Zet hier voor m’n neus gerust 15 verschillende merken cola en ik kan ze tijdens een blindproef allemaal benoemen. Straf hé.”

Jean-Pierre Maeren heeft wat te vieren in 2016, zijn grand cru jaar! Hij werd 60 jaar, is 50 jaar actief als poppenspeler, staat 25 jaar als solist op scène en brengt al 20 jaar het publiek aan het lachen als Popkoning. Hij weet van geen ophouden, barst van energie en vertrouwen. Jean-Pierre blijft steeds zichzelf vernieuwen en weet het publiek telkens te verrassen. Zijn optredens zijn een perfecte balans tussen herkenbaarheid,  ijzersterk materiaal en interactie met het publiek. De neerslag van die noeste arbeid kan men binnenkort beleven tijdens de Gentse Feesten. “Mijn poppen werden 2 jaar gegijzeld in een loods vol asbest. Nu werd eindelijk alles vrijgegeven.” De loods is clean, zijn poppen en decors ook. Het juridisch steekspel heeft veel bloed, zweet, tranen en geld gekost. “Laat ons altijd positief denken, stop met klagen,weg met de verzuring, vooruit kijken, niet achterom. Hoogste tijd dus voor een groots spektakel met als titel ‘Blijven lachen’. Het moet een waardige afsluiter zijn van mijn 20 jarige Popkoningcarrière. Van de bulderlach tot de ingehouden gniffel, van de glimlach tot de schaterlach, ik garandeer iedereen een tsiepmuile van het lachen. Sorry, zuurpruimen blijven beter thuis. De hoogste tijd dat ik eens ferm uit de kast kom (lacht). Begrijp me niet verkeerd hé, ik bedoel uit mijn poppen- en kleerkast. Ik ga alle registers van de showbusiness opentrekken. Het wordt een avondje schuddebuiken vol verrassingen. Met als decor het 60-koppig Symfonisch Orkest van de Academie voor Podiumkunsten, life op scène. Slechts 1 voorstelling, voor 1500 fans en  curieuzeneuzen.” Het is duidelijk, geen Gentsche leute zonder de Popkoning. Maar dat wist iedereen al heel lang. Jean-Pierre komt dicht in de buurt van het legendarische Pierke, de grote volksheld die met zijn vrolijk en eerlijk karakter, alle harten voor zich won. “De mensen zijn nog bijlange niet van mij af, ik ga zeker nog 20 jaar door, tot ik met een looprekje op het podium sta.” (lacht).

'Blijven Lachen' in Capitole Gent op dinsdag 19 juli om 20 u.15 Reserveren: www.uitbureau.be of 09/233 77 88.

FRANS VAN DAMME


Dit interview verscheen in De Streekkrant, week 27/2016