“Er
wordt nogal wat onzin vertelt over de penislengte”
GENT Professor Jean Paul Van Bendegem (60)
publiceerde onlangs een boek over het verband tussen wiskunde en seks. Het
wordt ongetwijfeld een bestseller. Al zal de lezers, uit pure gêne, liever
onbekend blijven. Onze interesse was gewekt.
Een multimens met een giga-googlebrein.
Zo werd professor Jean Paul Van Bendegem
ooit aangekondigd tijdens een televisieprogramma. De nagel op de kop. “Mijn nieuwste boek ‘Elke 3
seconden’ nodigt uit om na te denken over seks en
wiskunde en wil geen handleiding zijn voor activiteiten tussen de lakens. Seks
als glijmiddel voor wiskunde had een goede ondertitel geweest. Wiskunde is het zoeken
naar bepaalde patronen en structuren. Alle menselijke activiteiten vertonen
patronen. Dus moeten we ons seksuele leven bekijken door een wiskundige bril”. Is
het dan zo slecht gesteld met onze seksuele fantasie? “Bijlange niet. Elke 51
minuten denkt een man aan seks, elke 96 minuten is het gemiddelde bij een
vrouw. Niet slecht hé. Liefde is meer dan alleen maar emotie. Nuances geven
kleur aan het leven. Neem de tijd en hou er het hoofd bij want anders belanden
we op de spoed. Alhoewel mijn studentes met korte rokjes rondhuppelen, bijna
met hun kont bloot, merk ik dat de jeugd vandaag preutser is dan de jongeren
van vroeger”. De aimabele filosoof met het milde karakter zegt van zichzelf
niet de meest sociaal aangepaste mens te zijn. Vooral onzekerheid speelt hem
parten. “Maar ik heb er leren mee omgaan. Ik merkte nooit op wanneer vrouwen
interesse voor me vertoonden. Als ik dan toch al eens iemand met veel moeite in
bed had gekregen was die 1e maal altijd een totale catastrofe, een
compleet drama. De 1e keer samen in de koffer duiken was precies een
try-out. Slechte repetities zijn nadien goede voorstellingen dacht ik. One
night stands zijn niets voor mij”.
‘We
hebben er een knoeiboel van gemaakt’
Bestaat er een strategie om de ideale partner
te vinden? “Met de hulp van een relatiebureau of speeddating is de
kans klein. Niet alles is toeval, dingen bieden zich gewoon aan, onverwachts.
Het is belangrijk op het goede moment op de juiste plek te zijn” volgens Van
Bendegem. “Er wordt nogal wat onzin vertelt over de penislengte van Chinezen,
zwarte mannen of venten met grote voeten of een flinke neus. Kromme logica, foute redenering.Welkom
door Gert Brouns, boekhandel Limerick.
Biologisch is dat erfelijk bepaald. Men vertelt dat Toulouse-Lautrec,
een dwerg, een ferm voortplantingsorgaan tussen de benen had. Vandaar z’n
bijnaam ‘de theepot’. Niets van waar, allemaal legendes”. Zijn er dan geen zekerheden meer in het leven?
Jawel. De ideale maten van een vrouw, daar bestaat een formule voor. Borst,
taille en heup vergelijken, die theorie is voorbij. Deel de taille door de
heupmaat. Kom je uit op zo’n 0,7 dan is het bingo”.
‘We
kweken als konijnen’
Van Bendegem zit niet om straffe uitspraken verlegen.
“Als kind was ik een laatbloeier. Over de bloemetjes en de bijtjes werd thuis
niets vertelt. Ik heb alles zelf, met schade en schande, moeten ondervinden.
Dankzij God kon ik heel goed masturberen. Want God is overal, hoort en ziet
alles maakten mijn ouders me wijs. Dus was mijn redenering: ik kan het maar
beter goed doen en er alle tijd voor nemen want God ziet het allemaal. Als ik
mijn best doe zal hij wreed content zijn”. Ziet de
toekomst er hoopvol uit? “De wereld, de mensen, de maatschappij… we hebben er met
z’n allen een knoeiboel van gemaakt. Gelukkig met af en toe mooie momenten. Helaas
zijn die ogenblikken van totaal geluk té zeldzaam en té kort. Voor het milieu
komen klimaattechnologie oplossingen te laat. We kweken als konijnen, de wereld
geraakt overvol. Ik hoop dat er na de dood niets meer komt, liefst geen 2e
scenario, geen herkansing voor mij”.
“Als kind had ik het moeilijk
om in het gezin een plek te veroveren. Om binnen een conversatie mijn stem te
laten horen praatte ik vlug en struikelde over mijn woorden. Ik begon te
stotteren”. Hij bedacht met succes een eigen therapie: trager spreken op de
maat van een metronoom. Hij lag met zichzelf overhoop, was bang van de wereld. “Op de
middelbare school kreeg ik formulieren om in te vullen wat ik later wou worden.
Mijn antwoord was altijd: steekkaartenoverschrijver.
Men kon er niet mee lachen”. Maar Jean Paul was erg goed in wiskunde. Dat was
de perfecte manier om zich af te zonderen, weg van de boze wereld. Mensen met
een wiskundeknobbel worden dikwijls aanzien als een droogstoppels. “Niet akkoord.
Wiskundigen zijn enthousiaste en emotionele mensen. Door een formule, getallen
en cijfers worden we oprecht ontroerd. Al geef ik grif toen, we zijn niet de
gemakkelijkste mensen om mee samen te leven”. Hij
komt uit een protestants nest maar werd later atheïst. Een vrolijke atheïst
want zijn blik op de wereld nodigt uit tot zelfspot en zelfironie. “Mijn vader
zei: de zondag is van God, de week is van mij. Wel, bij mij is het alle dagen
feestdag. Kijk naar de wereld, kijk naar de mensen, we zijn allemaal prutsers. Maar
van veel gepruts wordt men vrolijk. Maak van het leven een plezante bedoening. De
wereld zit al ingewikkeld genoeg in elkaar”. Hij is de vrijmetselarij genegen.
“Waarom doet men daar toch zo geheimzinnig over? Waarom verschuilen logeleden
zich? Het rituele in de vrijmetselarij is voor mij van belang, dat mis ik in
het gewone leven. Ik heb een fascinatie voor religie. Het enige wat ik nog niet
ben geweest is moslim”. Van Bendegem heeft een herkenbare kop, we worden
tijdens het interview meermaals onderbroken voor handjes schudden. “Als ze nu ook nog allemaal mijn boek kopen is ’t
goed” lacht de frivole filosoof.
Gents
Handje
Jean Paul Van Bendegem, filosoof
en hoogleraar wetenschapsfilosofie, is verbonden aan de
Vrije Universiteit Brussel en als gastprofessor aan de Universiteit Gent. “Ik ben
tevreden met mijn inkomen, mag elke maand 4400 euro netto incasseren. Sommige
collega’s beweren dat ze onderbetaald zijn. Kom zeg, hoe durven ze. Serieus
blijven hé”. Als kind was Jean Paul fan
van Nero. Niet verwonderlijk dat hij aanvankelijk striptekenaar wou worden. Hij
is ontzettend blij dat Merho hem een rol als professor Vorser heeft toebedeeld
in het nieuwste album van Kiekeboe dat volgende maand verschijnt. Maar Jean
Paul heeft een ultieme hartenwens. “Ik zou toch zo graag een Handsje ontvangen van de Gentsche Sosseteit. Ben ik daar nog niet
oud genoeg voor misschien? Alhoewel, met
mijn ongezonde levensstijl van roken en drinken ben ik er misschien morgen niet
meer. Dus beter niet te lang wachten”.
Frans Van Damme
Dit interview verscheen in De Streekkrant - editie Groot Gent - week 36/2014
Geen opmerkingen:
Een reactie posten