zondag 24 januari 2016

Interview De Streekkrant: Catharina Segers

Ex-politica & sportvrouw Catharina Segers:

‘Ik wil geen grijze muis zijn’

GENT Als ex-politica en –horecamadame gaf Catharina Segers jarenlang kleur aan Gent. Als gepassioneerde sportvrouw, dierenvriend en globetrotter gaat ze momenteel met de snelheid van een TGV door het leven. Mocht haar boeiend levensverhaal verschijnen in boekvorm, het zou ongetwijfeld een bestseller worden.
Catharina kent haar wereld, we worden uitgenodigd ten huize Segers voor het ontbijt. Vooraf moeten we onder zachte dwang uitgebreid kennis maken met Jommeke, Spikkel, Madame en de Rosten. Het zijn haar 4 kippen die we vriendelijk een pootje moeten geven en vers gekookte spaghetti moeten voederen. Het lijkt wel Candid Camera.

“Ik denk altijd positief, ben altijd optimist. Blijf content, plezant en aangenaam, alleen op die manier trek je leuke mensen aan, dat geeft energie. Een goede raad: hou afstand van profiteurs en maak anderen blij. Doe enkel dingen om vrolijk van te worden. Van een paraplu wordt je ook niet vrolijk hé.”

Catharina maakt gebruik van een spiekbriefje, ze wil niets vergeten. “Ik ben een echte babbelteut, hart op de tong. Ik kocht een zeldzaam wenskaartje: ‘Gefeliciteerd met je 100e verjaardag’, en stuurde het naar mezelf. Mensen gelukkig maken maakt mezelf gelukkig. Vooral wil ik absoluut geen grijze muis zijn, zo zijn er al meer dan genoeg.”

Nochtans maakte Catharina geen optimale start in het leven. ‘Vader liet moeder voorgoed in de steek toen ze in de kraamkliniek lag. Ma kreeg daardoor problemen met drank, drugs en mannen. Op school werd ik gepest omdat ik teveel mijn best deed. In feite werkte ik liever met m’n handen dan met m’n hoofd. Ik was niet dom maar moest dubbel zo hard studeren als een ander om de leerstof op te nemen.”

Catharina werd een succesvolle zakenvrouw zonder kapsones, een self made woman. “Ik heb 30 jaar gewerkt in de horecasector, dag en nacht. Begonnen in de keuken van de  Holiday Inn, altijd bezig, had poten aan mijn lijf en werd er het jongste kaderlid. Al vrij vlug baatte ik het Hotel Gravensteen, Hotel-Restaurant Cour St. Georges en het Flathotel Borluut uit. Maandelijks een loon van 180.000 bfr. plus een bonus van 5 % op de omzet. Niet slecht hé.” Ambitieus als ze was wou ze verder hogerop, ze werd nadien eigenaar van het St. Jorishof. “Ik heb daarvoor 1 jaar op de knieën moeten kruipen om een lening te krijgen. Als alleenstaande vrouw had ik vijftig miljoen oude Belgische franken schuld aan de bank. Het klinkt als een cliché maar geld is een noodzaak, het maakt niet echt iemand compleet gelukkig maar geeft rust en vrijheid.”

Als Gentse politica werkte ze niet uit berekening, cynisme was haar onbekend. Schepen van burgerzaken lag haar wel. Toch hield ze het plots voor bekeken. “Het waren boeiende jaren. Nooit een chichi madame geweest, na 1 jaar mocht mijn chauffeur met pensioen, te voet en met de fiets kom je al een heel eind. Politiek laat helaas bitter weinig tijd over voor vrienden en familie en andere toffe dingen zoals sport. In mijn vrije tijd draait alles rond sport! Ik ben wereldrecordhouder uurlopen en heb verschillende marathontitels op mijn naam staan. Gans de wereld gezien, niet als toerist maar als sportvrouw, super toch! Trouwens, ik hou van afwisseling.

“Ook afwisseling in haar liefdesleven of is dat een té delicate vraag. “Ik kan het beter zelf vertellen, zo gaan er geen wilde verhalen de ronde doen. In m’n jonge jaren was ik nogal een beest. Ik heb veel schone mannen ontmoet, in elk geval toch met een schoon kostuum aan (lacht). Mij voorgoed binden wou ik eigenlijk nooit. Alleen zijn heeft voordelen, je legt vlugger contact, ook een stukje vrijheid is niet onbelangrijk.” Zeg nooit nooit, het verliep anders. Een relatie met een 10 jaar jonger kerel ging naadloos over in een relatie met een 11 jaar oudere man. “Mijn type: Scandinavische mannen. Val ik toch wel op een pompier uit Gent zeker. Neen, ’t was geen liefde op het 1e zicht. Hij wou de Monc Blanc beklimmen, ik wou dat ook, dat was mijn kans. Ik bleef aan hem plakken. Wanneer we gaan samenwonen? Als iemand van ons beiden op de sukkel geraakt, om elkaar te helpen. Schoon hé.”

Catharina is supergelukkig, ze geniet met volle teugen van het leven.“Ik ben een bofkont. Verdien ik dat allemaal wel, gaat dat wel blijven duren? Dat maakt me soms bang, dan zou ik de pauzeknop willen indrukken. Ik heb Boeddhistische trekjes. Elk mes in de rug is het begin van iets moois. De gedachte ‘wie goed doet ontmoet goed’ geeft me de kracht om gezwind door het leven te gaan.” Als afscheid krijgen we 2 verse eitjes mee naar huis. “’t Is niet veel maar de kiekens willen precies niet goed mee met die koude.” Het leven zit vol verrassingen!

 
Frans Van Damme
Dit interview verscheen in De Streekkrant editie groot Gent/Deinze -  week 04/2016

Geen opmerkingen:

Een reactie posten