zondag 4 mei 2014

De Streekkrant - interview Gentse politiewoorder Manuel Mugica Gonzales


Politiewoordvoerder Manuel Mugica Gonzalez

“Geweld is er altijd geweest en zal altijd blijven bestaan”

GENT Toen de woordvoerder van de Gentse politie Manuel Mugica Gonzalez zei “Mijn hele leven is een aaneenschakeling van toevalligheden” was onze interesse gewekt. Hij mag het nu eens aan de lezers van De Streekkrant uitleggen.
De naam van de immer goedgezinde Manuel Gonzalez  doet vermoeden dat hij uit Spanje komt. Toch is hij geboren in de volkse Bloemekenswijk en bracht het grootste deel van zijn jeugd door op de Brugse Poort. Vandaar waarschijnlijk zijn grote sociale bewogenheid. “Tijdens de Spaanse burgeroorlog (1936-1939) werden 32.000 kinderen naar het buitenland geëvacueerd, het waren oorlogskinderen. Tijdens de vlucht voor het geweld kwamen 5000 kinderen in België terecht.  Mijn vader, van Baskische origine, was één van de 200 kinderen die in Gent bij pleeggezinnen werden opgevangen”. Vader was coiffeur, Manuel kon studeren aan het Atheneum. “Alles interesseerde mij, behalve studeren. Met als resultaat 2 keer blijven zitten. Een T-dansant organiseren, uitgaan, de studentenbuurt, fuiven, vrienden (en vooral vriendinnen), dat was toch allemaal zoveel plezanter. Als men in de Overpoortstraat een 4e man nodig had om te kaarten wist men me wel te vinden”. Hij begon als grondwerker en tekende nadien bij het leger. Beetje stoer doen met een marine-uniform misschien? “Bah neen gij, ik wist gewoon niet wat ik wou doen voor de kost. Had in feite een voorkeur om sociaal assistent te worden, maar het had net zo goed pompier kunnen zijn”.

Onschuldig in de bak door mijn schuld?
Hij kwam na het marine avontuur bij de politie terecht als ‘die agent mee een rare naam’. “Als een Spanjaard werd opgepakt moest ik vertalen.  Men dacht dat ik Spaans sprak. Maar mijn kennis ging niet veel verder dan dos cervezas por favor. Waarschijnlijk door mijn schuld zijn er enkele mensen onschuldig de bak ingedraaid, omdat ik niet goed had vertaald. Mea culpa”. (lacht). Tijden veranderen, de politie eveneens. “Vroeger had iedere wijk z’n bende. Als jonge agent moesten we bijna alle nachten vechten in de beruchte buurt van de Boudewijnstraat, de vele dancings aan het Zuid enz… Gelukkig is dat allemaal voorbij. Alhoewel, geweld is er altijd geweest en zal altijd blijven bestaan. Maar de politie speelt nu korter op de bal. Dikwijls worden problemen opgeblazen. Het kleinste incident wordt uitvergroot in de pers. De mensen zijn mondiger geworden. We leven in een verzuurde maatschappij, zoveel is zeker. Kankerpatiënten in een appartementsgebouw en spelende kinderen  waartegen buren bezwaar maken, in wat voor een wereld leven wij?”.

Op café wil iedereen hun verhaal vertellen aan mij
Manuel werd enige jaren terug gepromoveerd tot politiewoordvoerder. “Uitgaan, aan de toog hangen, neen, ’t is voorbij. Iedereen wil me op café hun verhaal vertellen, ‘k heb er geen zin in”. Toen de vorige politiewoordvoerder Steven De Smet werd ontheven uit die functie kwam Manuel plots in beeld. Waarom eigenlijk? “Ik weet het zelf niet. De korpschef, die ik  niet eens kende, vroeg het me gewoon. Ik zei ja en heb er nog geen moment spijt van gehad”. Er zijn wel enkele eigenschappen die bij zo’n keuze bepalend zijn. “Een woordvoerder moet het uiteraard goed kunnen zeggen, op een bondige manier kernboodschappen communiceren. Loyaal zijn, vertrouwen uitstralen, een netwerk kunnen uitbouwen, ervaring hebben in het korps, thuis zijn in de stad op alle niveaus en sociaal ingesteld”. Een politiek duwtje kan misschien ook helpen? “Neen, zeker niet. Die tijd is al lang voorbij. Zowat 20 jaar geleden werd ik rechtstreeks verkozen als gemeenteraadslid. Heb dat mandaat nooit opgenomen. Dat mocht niet, want ik werkte toen aan ’t stad”.
 
Respect moet je verdienen
Manuel (56) is een Bourgondiër op zijn Spaans. “De absolute topper is een bordje echte, beroemde Iberico hesp. Duur doch een must. Mijn vrouw doet de boodschappen, ik kook elke dag. Noem me gerust een levensgenieter”. Al aan gedacht, ooit komt aan alles een einde? “De dood hoort bij het leven. Men weet alleen niet wanneer en hoe. Voor mij liefst pijnloos, Niet afzien, euthanasie ja. Niemand moet mij tot last nemen. Ik wil afscheid kunnen nemen van al wie me lief heeft. Mijn vader is alleen gestorven. Jammer, ik was er graag bij geweest, hoop dat zoiets mij niet overkomt. Ik ben een realist, na ons is het gedaan, is er niets meer. Leef hier en nu! Klaag niet want we wonen in één van de beste landen ter wereld. De algemene Europese verrechtsing maakt me bang. Ik weet na de Franco dictatuur hoe belangrijk het recht op vrije meningsuiting is en je vrij te kunnen bewegen op straat.
Geen privileges
Fouten maken is toch menselijk? “Absoluut. De dag dat ik bij de politie een ernstige fout maak mag men me gerust opzij zetten. Iedere avond in de spiegel kijken en zeggen: ik heb vandaag mijn best gedaan, niemand benadeeld. Dan met een gerust geweten gaan slapen maakt gelukkig. Voor mijn zoons ben ik liever meer vriend dan vader”. Nog nooit een akkefietje gehad? “Boetes voor overdreven snelheid zijn me niet onbekend, een flik is ook maar een mens van vlees en bloed hé. Altijd m’n boetes netjes betaald, ook in de tijd toen men boetes kon doen verdwijnen, nooit aan meegedaan. Ik hoef geen privileges. Respect krijg je niet, dat moet je verdienen”. Manuel heeft een uitspraak van Nelson Mandela lief: Niemand wordt geboren met haat tegen iemand anders. Als je haat kan leren kan je ook liefde leren. “Ik ben tevreden van het leven, heb alle kansen gekregen, voel me goed. Mocht ik morgen Euro Millions winnen dan zou ik heel wat mensen laten meeprofiteren”. We laten alvast ons telefoonnummer na, men weet maar nooit.
Eens flik, altijd flik
Elk jaar kijkt Manuel uit naar de Gentse Feesten. “Professioneel een zware periode. Overdag alles en nog wat regelen, ’s avonds naar St. Jacobs. Nergens anders, enkel daar kan je mij vinden. Wat een ambiance. Ik ga er volledig uit de bol, daar laat het publiek mij gerust. Ik kan me amuseren zonder te drinken. Dat moet wel, want ik ben 24/24u. oproepbaar. Maar als ik iets zie wat niet mag wordt het gesignaleerd. ‘k Weet het, eens flik, altijd flik”. Moeten we nu bang worden? “Neen, zolang je maar niet gaat wildplassen (lacht). De politie probeert alles met de nodige redelijkheid te benaderen. We kennen echt wel het verschil tussen de wet overtreden en kattenkwaad. En na de feesten direct met verlof, rustig genieten. De zotte jaren zijn voorbij”. Wat ik mis op vakantie? Belgische pralines, ik ben een volbloed sneukelaar”.
Frans Van Damme
Dit interview werd gepubliceerd in De Streekkrant - editie Gent & rand / week 19/2014
 
 
 
 
 
 
 
 

 

 

 

 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten