zondag 11 mei 2014

De Streekkrant: interview met Luk De Bruyker 'Pierke Pierlala'


 

“Het is knokken om op eigen benen te staan”
GENT Luc De Bruyker (60) is een veelzijdig talent. Naar zijn column in De Streekkrant wordt telkens door vriend en vijand uitgekeken. Als stille aanloop naar de Gentse Feesten, deze week alvast een overdosis Pierke Pierlala.

Luk is veel meer dan simpelweg poppenspeler. Figurentheater is zijn lust en leven, altijd geweest. “Ik kom uit een volksbuurt, de Brugse Poort. Mijn vader speelde poppentheater. Op mijn 8e was ik al bezig met stangpoppetjes in mijn eigen theatertje op zolder. Als ik goeie punten had op school kreeg ik er een poppetje bij”. In Gent had je toen heel wat poppentheaters met Pierke in de hoofdrol. Bij het meer artistieke marionettentheater Nele begon ik op mijn12e mee te spelen. ’t Is te zeggen, de gordijnen open en toe doen. Ook een verantwoordelijke functie hé. Een mens moet dikwijls onderaan de carrièreladder beginnen, niets gaat vanzelf”. Van het een kwam het ander. Vanaf zijn 17e liep hij stage in draadpoppentheaters in Londen, München en Salzburg. Niet veel later ging Luk met enkele gelijkgestemde zielen van start met Theater Taptoe. “Een van mijn eerste toeschouwers was Jan Hoet, toen leraar op Sint-Amandus. Hij probeerde mijn hoofd op hol te brengen. Hij vond mijn decors veel te naturalistisch en zei dat ik ze suggestiever moest schilderen. Op mijn zestiende speelde ik al zo'n 130 voorstellingen per jaar”.
‘Een politicus die ik niet op de korrel neem heeft een imagoprobleem’

Is Pierke Pierlala, de figuur waarmee Luk vereenzelvigd wordt, een nevenproject? “Mijn vader was een Pierkespeler, als amateur. Dus ik deed tot mijn 12e jaar als goede zoon hetzelfde . Op dat moment had je in Gent wel 9 Pierkes. Het was niet meteen mijn ding, trop te teveel, ’t was allemaal te braaf. In die eerste jaren van Taptoe was er van Pierke nog geen sprake. Het idee groeide om in de schoot van Theater Taptoe met politieke satire te beginnen en zo zag Pierke Pierlala het levenslicht. Het was onze bedoeling een onderscheid te maken. Bij ons geen Pierke die voor kinderen in een verhaal terechtkomt. Ons ventje zou voor grote mensen eerder de politieke, anarchistische toer opgaan”. Pierke Pierlala als de Uilenspiegel, de Don Quichot van Gent? “Wie als politicus nooit door Pierke Pierlala op de korrel wordt genomen heeft een serieus imagoprobleem”. De Bruykers geesteskind was Theater Taptoe. “Wij kozen heel bewust om ook naar het buitenland te trekken. Vlaanderen betekende niets op het gebied van figurentheater. We werden een vaste waarde in het circuit en maakten heel wat woordloos theater omdat het reizen te vereenvoudigden”. Taptoe werd 3 keer ambassadeur van Vlaanderen en was op een bepaald moment het best gesubsidieerde gezelschap. Ongelooflijk en toch waar, na 42 jaar moest Luk zijn levenswerk stopzetten, Taptoe deed noodgedwongen de deuren toe. De Vlaamse overheid  draaide de geldkraan dicht. De commotie was enorm. “Het was een verkeerde beslissing om onze subsidies af te pakken. Niemand begreep hoe zo iets kon gebeuren. Ik ben bijzonder blij dat ik hard gevochten heb voor het erfgoed van Taptoe en dat ik er nog een afscheidsvoorstelling mee maakte. Dankzij erfgoedsubsidie kon het sociaal passief afgelost worden en is de vzw schuldenvrij”. De Bruyker had plots geen inkomen meer. “Poppenspel zal altijd in mijn leven zijn, zonder poppen geen Luk. Het geeft me een enorme voldoening. Men kan me alles afpakken maar nooit mijn poppen. Maar het is hard knokken om op eigen benen nieuwe producties op te zetten. Nu schrijf ik meer dan vroeger, doe wat presentatiewerk, geef voorstellingen. Wees gerust, ik ben niet aan het verhongeren zoals je kan zien aan mijn ronde vormen” Soms eenzaam Luk? “Een leven is nooit eenzaam als je weet dat er iemand is waar je kan tegen leunen”.
Wie niet kan slapen moet maar oordopjes gebruiken

Luk De Bruyker was, althans naar eigen zeggen, op school en braaf ventje. “Nooit gerevolteerd maar had toch al vlug een groot rechtvaardigheidsgevoel”. Hij is een tedere anarchist. Met kromme sprongen is men bij hem aan het verkeerde adres. “Recht in het gezicht zeggen wat je denkt, niet achter de rug. Ik ben een man van de dialoog, zeker niet haatdragend”. Toen Theater Taptoe ophield te bestaan ging Luk psychisch door de hel. “We hadden het enigszins zien aankomen maar het was een onrechtvaardige beslissing die me erg kwaad maakte. Er kwamen donkere maanden vol slapeloze nachten. Ik ging door een rouwproces, had zwarte gedachten, maakte me zorgen. Niet zozeer om mezelf maar voor mijn 7 medewerkers die op straat stonden zonder inkomen. Van weemoed ben ik toen een tijdje naar Venetië vertrokken. Mijn favoriete bestemming, de bakermat van de Italiaanse commedia dell’arte. De stad van de Canal Grande en de gondeliers heb ik in mijn hart gesloten”. Tevreden met de Gentse Feesten? “Men moet meer inzetten op het volkse, Gentse karakter. Eddy Wally afficheren is geen verdienste, geen enkele grote naam biedt een meerwaarde. Een groter cultureel imago, daarvoor zijn niet meer centen nodig. Laat alle acteurs en gezelschappen nu eens niet in congé gaan tijdens de Gentse feesten. Laat iedereen spelen in eigen stad. Wie wel met vakantie mag vertrekken zijn alle mensen die klagen dat ze niet kunnen slapen. Dat ze oordopjes gebruiken!”. Over hoe de ideale wereld er moet uitzien hoeft Luk niet na te denken. “Een verdraagzame samenleving met veel liefde voor elkaar, zonder macht, zonder haat. Weg met de verzuring. Waar welvaart beter verdeeld zou worden en waar men zorg draagt voor onze aardbol”. Om te ontspannen gaat hij elke avond op café. “Sommigen noemen het een slechte gewoonte” lacht Luk. Geen Luk Debruyker zonder een gezonde portie humor.

Nen Turkenkaba

“Natuurlijk ben ik ijdel, alle artiesten zijn dat. Wie zegt dat het niet waar is liegt. Maar politici zijn het meest ijdele ras dat er rondloopt”. De Bruyker neemt geen blad voor de mond. Dat is ook zo in zijn nieuwste productie ‘Nen Turkenkaba’. Dankzij de verhalen die Tina De Gendt optekende in haar boek ‘Turkije aan de Leie’ ontstond een boeiend actueel muziektheaterstuk. Een productie vol verhalen, geschiedenis, humor en ontroering. Op een speelse manier komt het publiek te weten waarom Turken naar Vlaanderen kwamen, wat was en is de houding van de Belgische regering, hoe verliep de integratie, wie waren ‘de avonturiers uit Emirdag’. Een mooi gezelschap van Turkse en Vlaamse musici zorgen tijdens elke vertoning voor een klank- en sfeerdecor met traditionele en hedendaags composities.
Première in de Minardschouwburg op 28 mei (20 u.). Reservatie:  09/267.28.28 (di.-vr. 12-18u.).

(Frans Van Damme)


Dit artikel verscheen in De Streekkrant editie Gent & rand - week 2/2014

 
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten